Om 10u00 ’s morgens
verlieten we de trein. We hadden een redelijke nachtrust, zou een slaaptrein dan toch wennen?
Aan het station staat een horde taxichauffeurs en dito
hoteleigenaars die hun hotel willen aanprijzen. We negeren, zoals gewoonlijk,
de meute en lopen verder. Er stopt een busje met personeel van het Hong Thien 2
hotel en ze bieden ons een gratis lift aan naar hun hotel. Dit was het hotel
dat bij ons favorieten stond als we via internet de nodige prospectie hadden
gedaan, dat was dus handig. Voor 12€ hadden we een 3 sterren hotel met
zwembad(je) en daar maakten we dan maar meteen gebruik van na onze aankomst.
Plons!
Na de lunch en een siësta vertrokken we richting oude
citadel, toch wel een half uurtje stappen van ons hotel, maar langs de
Parfumrivier en over de brug viel
dit nog wel mee.
dit nog wel mee.
Boven de citadel torende de Vietnamese vlag, rood staat
symbool voor het bloedvergieten van de oorlogen in dit land, aldus een gids. Of
voor het communisme, aldus ons.
Binnen de veilige omwalling van de oude citadel bevindt zich
de Keizerlijke stad, eveneens door dikke muren omsloten. We wandelden via de
Ngo Mon Poort de stad binnen, helaas staat de poort in de stelling en zijn er
op verschillende plaatsen renovaties aan de gang, maar het geheel is wel
mooi en indrukwekkend.
Eens op het binnenplein kom je aan het imposante paleis, het “Thai Hoa Palace”. Dit paleis is reeds in originele staat gerestaureerd.
Als alle werken achter de rug zijn wordt deze plaats
zeker één van de topattracties van Vietnam.
Het geheel van gebouwen werd opgetrokken in het begin van de
negentiende eeuw en bleef nog in gebruik tot de Fransen de Keizer van zijn
troon stootten in de jaren ’50 van de vorige eeuw. Je zou denken dat het
allemaal een paar eeuwen ouder is maar veel werd dan ook met de grond gelijk
gemaakt door opeenvolgende oorlogen en pas in 1991 werd er geld gevonden om te
starten met de restauratie.Via de markt van Dong Ba, waar we door een groepsaankoop van een aantal T-shirts de prijs aardig kunnen drukken, slenteren we terug naar ons hotel.
Op dag twee in Hué stappen we ’s morgens aan boord van onze
drakenboot. Wat ons betreft konden ze de
draken vervangen door slakken, want de schuit ging tergend langzaam vooruit.

Onze eerste halte was een typisch Vietnamees huis anno 1900. Onze gids vertelde ons over de boeddhistisch geïnspireerde levenswijze en de invloed ervan op de bouw van de huizen in Azië. Het huis heeft zijn ingang steeds aan de zuidkant en voor de ingang bevind zich een vijver om de boze geesten tegen te houden. Kunnen boze geesten dan niet zwemmen, dacht ik, maar het heeft meer te maken met het feit dat ze hun spiegelbeeld niet kunnen zien in het water.
![]() |
| Thien Mu Pagode |
Bij onze volgende stop leerden we dat ook de tempels, zoals deze van Thien Mu, op hetzelfde principe zijn gebouwd. De gids wist van geen ophouden en we werden verder ondergedompeld in de boeddhistische filosofie. Nu ben echt ik overtuigd, in mijn volgend leven zal ik ook geloven in reïncarnatie!
Na de middaglunch aan boord wisselen we onze Drakenboot in
voor een airco-bus, en in sneltempo bezochten we achtereenvolgens drie tombes
van Keizers die werden begraven in pompeuze mausolea.
![]() |
| Minh Mang Tombe |
De eerste, Minh Mang Tomb, was de groots te en mooiste en we kregen de nodige tijd om al die pracht en praal uit vervlogen tijden te bekijken.
De tweede tombe, van Khai Dinh, was deze van de laatst regerende keizer, maar onder Frans bewind had hij alleen nog een protocolaire functie, zoals in België dus.
![]() |
| Tombe van Tu Duc |
![]() |
| Tombe van Tu Duc |
![]() |
| Khai Dinh |
Het is ons al opgevallen dat op veel plaatsen infrastructuurwerken aan de gang zijn, al lang, al heel lang…
Onderweg stoppen we nog even in een dorpje waar ze wierrookstokjes maken, altijd leuk voor een kleurig plaatje.
’s Avonds eten we op het balkon van een restaurantje en
maken we het weer gezellig.
Morgen met de taxi naar Hoi An.










Geen opmerkingen:
Een reactie posten