donderdag 31 oktober 2013

LUANG PRABANG Franse flair gemengd met Oosterse invloeden (22 – 24 Okt 13)

Vandaag, onze eerste dag hier, trekken we de stad in met de nodige pasfoto’s en dollars  op weg naar het Vietnamees Consulaat om ons visum te regelen.   Na een beetje zoeken vinden we uiteindelijk het consulaat en na 60$ betaald te hebben, mogen we ons visum komen halen drie dagen later, donderdagmiddag dus.  De rest van de dag nog wat rondgelopen, hele mooie gebouwen en huizen, gelegen tussen de Mekong aan de ene kant en de Nam Khan aan de andere kant.



Heel mooi stadje en in de namiddag begon het toch weer lekker warm te worden.  Dus namen we een tuktuk   naar La Pistoche, dit is de plaatselijke swimmingpool en de “Place To Be”  volgens de brochures.  Na de Entrance Fee van 20000 Kip  (2€) en de borg voor de sleutel van 50000 Kip betaald te hebben konden we een beetje chillen bij veel te luide muziek (help).  Maar al bij al deed het wel goed, beetje lezen, zwemmen, cocktail (happy hour) en frietjes , tja af en toe kan dat nog eens smaken, ook al zijn ze niet te vergelijken met Belgische frietjes natuurlijk.


Uiteindelijk nog iets gaan eten aan de oevers van de Mekong , maar dit sloeg wat tegen.  Ook al hadden we iets besteld met bamboescheuten, deze vonden we niet terug .  Denk dat men ze vervangen had door ajuin …..

Dag twee stonden de watervallen van Kuang Si op het programma. Het was even wachten tot 11u30 voor de minivan ons kwam ophalen aan de Guesthouse, maar zo hadden we tijd om een beetje te lezen en deze blog bij te werken, want we stonden hopeloos achter en sommigen dachten dat we nog steeds ergens in Thailand aan het rondtrekken waren.




Na 45 minuten kwamen we aan bij de watervallen. Deze waren prachtig en deden ons herinneren aan de Erawan waterfalls in Kanchanaburi, Thailand maar zoals ze hier zeggen: “Same Same but different”. We hadden er drie uur de tijd om te zwemmen en te picknicken. We hadden in de voormiddag sandwiches gekocht belegd met smeerkaas, groentjes en kip of bacon. Het is stom maar dat was toch al eventjes geleden, zo’n belegd stokbrood. Waarschijnlijk ook weer een stukje erfgoed van de Fransen, maar het smaakte ons.















’s Avonds hadden we terug afgesproken met “de Belgen” van Nam Tha en we maakten er een gezellige avond van bij een hapje en een Beerlao. We namen afscheid want onze reiswegen lopen vanaf Luang Prabang terug uiteen.




Onze laatste dag begint heel druilerig, regen, regen en nog eens regen. We blijven dan maar wat luieren op ons balkonnetje met een boekje en de laptop natuurlijk, pfff, nog steeds “bloggen” we er op los.
Tegen de middag zijn we dan toch met onze poncho aan vertrokken naar een aantal tempels die we nog een bezoekje wilden brengen, waaronder de bekendste: de Vat Xieng Thong.



Gelukkig was het dan uitgeregend (zoals wij ongeveer) en liepen we verder richting consulaat om ons visum af te halen, zo dat was ook weer geregeld, niks stond ons nog in de weg om Vietnam binnen te komen (hopen we).
Het was tijd voor een welverdiende Laotiaanse massage met sauna. Daarvoor klopten we aan bij de plaatselijke Rode Kruis afdeling, misschien nog een ideetje voor bij ons?  De opbrengst gaat naar de allerarmsten in Laos, we doen alles voor het goede doel en een beetje voor onszelf ook natuurlijk.  Dus betaalden we 50.000 Kip (5€) werden we een uur lang gekneed als brooddeeg en nadien schoven ze ons, bij wijze van spreken, in het stoombad.  Na 2 stoombadbeurten was onze huid als een babyvelletje zo zacht en waren we klaar voor de dagelijkse “Night Market”.  Daar heb ik Els eens goed op losgelaten met alle gevolgen vandien.  Toen ik haar na anderhalf uur terugzag was ze afgeladen van de plastic zakjes met allerlei spulletjes. Ow ow, onze bagage!
’s Avonds hadden we alweer gezelschap en tafelden we met  een Nederlands koppel  die we op onze boottocht over de Mekong hadden leren kennen. Het was weer een gezellige avond maar ook van hun namen we afscheid, of misschien is het tot wederziens in Hanoi?

woensdag 23 oktober 2013

Van HOUAY XAI via PAKBENG naar LUANG PRABANG, 2 dagen met de Heua sa op de Mekong (20 – 21 Okt 13)



Het was 09u30 in de morgen, we betaalden 220.000 Kip per persoon en kregen ticket nummer 3 en 4 toegewezen aan het loket in Houay Xai.  We waren al zeker van een zitje op de eerste rij in een heuse Heua Sa. Dit is de slowboat die ons gedurende de komende twee dagen via de Mekong naar Luang Prabang zal brengen. Het totale traject bedraagt zo’n 300 km, met een tussenstop in Pakbeng halfweg.  Alvorens in te schepen nog de nodige sandwiches als lunchpakket gekocht en aan boord gegaan van onze Heua Sa. Onze boot was voorzien van de laatste upgrade op vlak van zitcomfort, oude autostoelen.  Beter dan de originele houten banken zoals in onze reisgids vermeld stond.


Op het voorziene vertrekuur zat onze schuit nog maar halfvol en hoopten we al dat we languit op de stoelen zouden kunnen genieten van het landschap, maar een half uurtje later kwam er ineens een grote groep bootvluchtelingen (of eerder backpackers, het verschil is soms zeer klein) aan en zat de boot propvol, weg waren we!  De Mekong  bleek niet zo’n onschuldig riviertje te zijn, daar kwamen we al snel achter.  Met de nodige stroomversnellingen en draaikolken baande de boot zich een weg tussen de uitstekende rotsen.


Af en toe werd er gestopt in de “middle of nowhere” waar er een aantal Laotianen met de nodige bagage uit de jungle tevoorschijn kwamen om opgepikt te worden.  Onderweg zagen we behalve af en toe een hutje alleen maar het groene bergachtige landschap en de cacaobruine Mekong aan ons voorbijglijden. Na 7 uur varen kwamen we uiteindelijk aan in Pakbeng, het grootste dorp tot nu toe na 150km varen.  Via een drijvend platform sleurde we onze bagage de berg op naar ons onderdak voor de nacht.  Dit bleek heel goed mee te vallen, heel propere kamers met een leuk gemeenschappelijk balkon.
Na lekker gegeten te hebben zakten we af naar de rivier.

Het was nog steeds feestdag in Laos, dus kochten we een miniatuurvlotje, gemaakt van bananenstengels en –bladeren, met bloemen, wierook en een kaars versierd.  Zoals de traditie het voorschrijft, hebben we het bootje te water gelaten op de Mekong en stroomde onze kleine offergave met de stroom mee, samen met vele andere kleine vlotjes, een prachtig schouwspel.

Zo waren we zeker van een behouden vaart voor ons tweede deel van de tocht morgen. Tot nu toe hadden we Boeddha niet  dikwijls getrakteerd (voor good luck), maar zo langzaamaan worden we dieper ondergedompeld in de Boeddhistische religie ☺.  Er werden door de plaatselijke bevolking  ook nog een aantal mooie uit bamboe en bananenbladeren zelfgemaakte boten, verlicht met kaarsjes op de Mekong losgelaten met de nodige muziek en knallende bommetjes op de achtergrond.  Net zoals gisteren werden daarna nog een aantal lampionnetjes de lucht ingestuurd.  Rond 22hr was het feest afgelopen  en ging iedereen te bed, wij ook.







De volgende ochtend waren we rond 09u00 al terug aan boord en een half uurtje later staken we van wal.


Ook vandaag dreven we over de machtige rivier stroomafwaarts en genoten we van het uitzicht onderweg.




Na een tocht van zo’n 8hr met de nodige tussenstops om mensen met zakken rijst en een ook een brommer op te laden,  kwamen we aan te Luang Prabang.


De ‘’aanlegsteiger’’ bleek gewoon een steile zandberg te zijn met een paar aangelegde treden, ver van het centrum met een mooi gebouw , waar je een ticketje voor een tuktuk kon kopen.   Beter daar aanleggen dan in het centrum , zo verdienen de tuktuk-chauffeurs er ook nog wat aan …..
Na een ritje van 20 minuutjes aangekomen aan onze Guesthouse Savagnat, mooi gebouw met mooie kamertjes niet te ver af van de Mekong.   Via een tip van de receptie heel lekker gegeten in Dililah’s Place en tijd voor verdiende nachtrust na 3 dagen reizen.

LUANG NAMTHA naar HOUAY XAI, net op tijd voor het Lai Heau Fai feest (19 Okt 13)

We keerden terug naar onze vertrekplaats in Laos, Houay Xai, met als hoofddoel de 2-daagse boottocht te kunnen maken over de Mekong naar Luang Prabang, de tweede grootste stad na de hoofdstad Vientiane.
Deze keer stond er geen minivan te wachten maar namen we de lokale bus. Even duur en even oncomfortabel als op de heenreis, maar wel meer Lao Style, reizen zoals de Laotianen. Een heel vriendelijk volkje trouwens, vriendelijker dan in Thailand en Myanmar, samen…
Bagage op het dak van de bus, het miezerde een beetje, gelukkig werd er een zeil over gespannen.  De bus vertrok op tijd en onderweg werd het gelukkig droog.  De weg kronkelde tussen de bergen en de bus sputterde langzaam naar boven, naar beneden ging het wat vlotter.  Gelukkig hadden we een voorzichtige chauffeur die wist wat hij deed.
Onderweg waren er natuurlijk de nodige haltes waarin Laotianen met zakken rijst en kippen op- en afstapten.

Na een ritje van 4hr aangekomen te  Houay Xai , gedropt aan het busstation waar de tuktukjes stonden te wachten.  Terug bagage op het dak , dit keer hadden we minder geluk, want er barste een tropisch buitje los.  Afgezet aan ons logement (Arimid) waar we het laatste vrije kamertje kregen met extra korting.  Achteraf wisten we waarom, ’ s nachts was er meer “wildlife” dan in de jungle.  In de badkamer hadden we een pad op bezoek en een rat kwam de kruimels opeten van een verdwaalde hamburger onder het bed (moest er al minder gepoetst worden natuurlijk). 

In het dorp zelf zat de sfeer er al goed in , het was namelijk Lai Heau Fai, dat bij volle maan in oktober plaatsvindt, het is een lichtjesfestival.  De inwoners bouwen grote boten en versieren die met kaarsjes. 


Het feest kent zijn oorsprong in het einde van de drie maanden durende ‘regenretraite’, een periode waarin leken nieuwe gewaden en andere offers schenken aan boeddhistische kloosters.  Op de Mekong werden er roeiwedstrijden gehouden tussen de verschillende dorpen en daarna werden de overwinningen doorgespoeld met het nodige Laobeer en Happy Water,  het leek wel op een lokale dorpsdag.   Na van de sfeer geproefd te hebben, hebben we nog een Laotiaanse massage ondergaan in het donker (stroom uitgevallen). Gelukkig zijn ze hierop voorzien en hebben ze altijd kaarsjes in huis.   Op straat werden er ook overal Chinese lampionnetjes opgelaten wat heel feeëriek was en elk huis had de nodige kaarsjes aangestoken. Toen we de lampionnen aan het fotograferen waren van een familie werden we al gauw uitgenodigd voor een biertje en een bordje soep. Jammer dat we elkaar niet verstonden anders had het nog gezelliger kunnen worden.


dinsdag 22 oktober 2013

LUANG NAMTHA (16-18 Okt 13), Welcome to the Jungle

Lekker uitgeslapen, ontbeten met uitzicht op de rivier en een beetje gelezen op bamboeplatform aan de oever van de Nham Ta rivier.



In de namiddag met de fiets op zoek gegaan naar de voor ons ideale jungle-tocht  en na de boeking van een 2-daagse trektocht bij een watervalletje wat afkoeling gezocht.
De onverharde weg er heen was heel hobbelig en we waren blij met de mountainbikes die we gratis ter beschikking hadden van onze Guesthouse.  Ook voor de natuur moet je in Laos betalen, dus gaven we 6000 Kippen voor een ticket en plonsten we het water in.  Kip is in Laos de nationale munteenheid en 10500 kippen zijn ongeveer 1€. Tja, onze zakken zitten hier vol met kippen, gelukkig zijn ze zindelijk!
Na 1.000.000 Kippen af te halen uit de bankautomaat hadden we voldoende geld om onze   trektocht naar Namtha Camp te betalen bij Zuela Guesthouse, daarna nog iets gedronken en aan den babbel geraakt met Belgisch koppel die aantal maanden onderweg waren met hun dochtertje van 9.  Hele gezellige avond gehad en het was weer eens leuk om “onder Belgen” te zijn, toch een zeldzaamheid in Laos.

De volgende dag na ons ontbijtje , uitgecheckt en opgepikt  met minibusje voor ons 2-daags avontuur.  Onze gids was hele bekwame kerel die veel afwist van de jungle en samen met een Frans koppel en een Zuid-Koreaans meisje trokken we het regenwoud in op zoek naar “wildlife”.




Tijdens onze trekking bracht de gids ons het nodige bij over welke planten je kon eten en waarvoor het goed was (o.a. wortels waar ze thee van maken, boomschors die goed was tegen diarree, lianen als preventie tegen malaria), je kan het zo gek niet bedenken, de jungle is één grote apotheek en supermarkt tegelijk.  We proefden van al dit lekkers, nu ja, boomschors smaakt heel bitter, maar de pillen in onze huisapotheek zijn ook niet echt lekkere snoepjes.   Onderweg verzamelden we onder andere de bloem van de bananenplant, samen met een rabarberachtige stengel werd er ’s avonds in ons kamp een heerlijk soepje van gebrouwen.


Na 2 uurtjes trekking was het tijd voor de lunch. Op één twee drie maakte de gids een tafeltje met bamboestokken, bedekt met bananenbladeren als tafelkleed. Uit zijn rugzak toverde hij een heerlijk maaltje bestaande uit “sticky rice” en een mengeling van groentjes.  We aten ons bananenblad netjes leeg met onze rechterhand, want bestek gebruiken we niet in de jungle en de linker hand gebruik je voor andere activiteiten, rara welke, suggesties posten op de blog is toegestaan, maar hou het netjes!
Na nog eens 2 uurtjes stappen kwamen we aan in ons basiskamp, een houten hut met bananenbladeren als dak, dat was ons gezamenlijk 5-sterren logement voor de nacht.  Veel sterren waren er aan de hemel helaas niet te zien en al snel vielen de eerste regendruppels uit de lucht. Het was zo’n tien dagen geleden dat we regen hadden gezien en we dachten echt dat het regenseizoen gedaan was maar dat stopt, officieel dan toch, bij de eerste volle maan in oktober, dus kregen wij de volle laag…
Maar dat kon onze gids en zijn assistent, een man van weinig woorden uit een bergdorpje, niet deren en ze begonnen ijverig aan de voorbereiding van ons logement en natuurlijk van het avondmaal.

Koken doe je in de jungle natuurlijk op een met hout gemaakt vuurtje, dat lijkt me logisch, maar dat een grote, holle bamboetak, met water gevuld kan gebruikt worden om soep in te maken was voor ons toch iets nieuws. Misschien een tip voor de “nouvelle cuisine” bij ons thuis ☺




In onze hut kwamen zachte matrasjes met een dekentje en een kussen met daarboven een muskietennet, voor de verandering deze keer zonder grote gaten. We waren blij dat bananenbladeren waterdicht en multifunctioneel zijn (tafelkleed, dakbedekking, verpakkingsmateriaal…), zodat we droog de nacht in konden.


Maar eerst doen we ons nog tegoed aan een 5-gangen jungle buffet. Na 2 uur onafgebroken kokerellen zitten we op ons kussen bij kaarslicht te schranzen van al het lekkers dat de jungle ons te bieden heeft, maar we hopen in stilte dat de boomschors als medicijn echt wel werkt.
Als degustiefje dronken we nog een paar bamboeglaasjes ‘Happy Water”, een Laotiaanse home made whiskey op basis van rijst en sterk genoeg om de laatste junglebacterie te doden. Zelf vielen we kort nadien in slaap, lekker zo'n junglemedicijntje en het werkt echt!


Om 06u00 de volgende ochtend waren onze gidsen alweer druk in de weer aan de voorbereiding van het ontbijt, terwijl we zelf nog  in ons slaaplaken kleefden door overvloedig gebruik van anti-muskieten spray. Het is eens een andere manier om “te blijven plakken” hé.
Maar over plakken gesproken, ook de “sticky rice” (zeker niet van Uncle Ben want die kleeft niet!) stond op de ontbijttafel (maar zonder tafel) en een gedeelte van de rijst werd handig verpakt in bananaleaves als lunchpakket, handig en 100% eco.

Inpakken en wegwezen geblazen in ons junglecamp en op een fluitstoot, van een baboefluit (hoe kan het ook anders) vertrokken we voor een pittig stukje bergop.  Onze lijst met wildlife ontmoetingen bleef jammergenoeg beperkt tot een dikke duizendpoot en een paar vlinders, dus om de big-five te zien zullen we nog een tijdje moeten wachten vrees ik.


Door de aanhoudende regen op de tweede dag werd onze tocht een stukje ingekort. Met onze wandelstok (uit baboe gemaakt) begaven we ons bergaf over de gladde rode aarde richting rivier. Daar aangekomen wandelschoenen uit, broek opgerold tot boven de knie en waden maar door het snelstromende water, steunend met de wandelstok om het evenwicht niet te verliezen op de gladde keien. Iedereen droog aan de overkant, oef, terug in de bewoonde wereld. In het dorpje aan de rivier keken de kinderen ons angstvallig aan. Nu blijkt dat de Laotianen aan hun kinderen vertellen dat de Falang  (blanken dus) kinderen eten als ze wenen. We hebben dan toch maar aan de gids gevraagd om ze te vertellen in het Laotiaans dat we net gegeten hadden.   En zo eindigde onze jungle-ervaring in Laos, maar het is zeker niet de laatste keer dat we er op uit trekken...

Het Jungle team

Transfer CHIANG RAI,THAILAND naar LUANG NAMTHA, LAOS (15 Okt 13) Busje komt zo...

We nemen vandaag na twee weken Thailand voor de tweede keer afscheid van dit prachtige land, maar we beloven om na Cambodja nog eens terug te keren, maar dan zullen we een eiland opzoeken, want zo langzaam krijgen we enorm veel zin in een duikje en een strandje…misschien wel Ko Chang, wordt vervolgd…

Maar Met de tuktuk naar het busstation in de vroege morgen, want we hadden een lange reisdag voor de boeg.  We waren netjes op tijd voor de bus van 09u00 en gaven onze bagage af aan bus, die verdween in de koffer en klaar.  De (bus)conductrice  zei dat we nog rustig konden ontbijten, we hadden nog een half uur voor het vertrek.  Ons van niets bewust , kwamen we na een heerlijk muesli ontbijt bij het busstation terug aan om 0850hr en vonden we onze bus niet meer terug…..  Help!!!  Een beetje in paniek spraken we aantal Thai aangesproken, waaronder vrouwtje van de volgende bus die ons verzekerde dat bagage er in het eindstation ging uitgehaald worden en we gewoon de bus van 09u30 moesten nemen, “no ploblem”.  Met klein hartje en ons voornemend van nooit meer onze bagage alleen te laten, vertrokken we richting Chiang Khong.  Na 2,5 bange uren lag onze bagage onaangeroerd te wachten op de stoep van het busstation in het gezelschap van een aantal lokale vrouwtjes die van de markt terugkwamen, oef , dit is toch maar goed afgelopen, zou je bij ons aan het busstation je bagage een half uur onbewaakt kunnen achterlaten, “geen probleem”?.  Toch maar even geckeckt omdat we tenslotte een grensoverschrijding deden …, maar alles bleek in orde, geen opium!
Dan maar snel naar de grens, ons laten uitschrijven uit Thailand en met longtailboot de Mekong over.  Toch een speciale manier om van het ene land naar het andere te reizen.


Daar aangekomen Visum Laos (35$) “on arrival” geregeld.


Bij een plaatselijk toeristenbureau boekten we een minivan naar onze eindbestemming van die dag, Luang Namtha.  Deze vertrok pas om 16hr, we hadden dus tijd zat om Houay Xai te verkennen en kennis te maken met de Laotiaanse keuken, wat ons goed beviel en eigenlijk niet zo veel verschilt van het buurland Thailand.
Met een aantal andere "Falang" (blanke man met grote neus volgens de Laotianen) propten we ons in het kleine busje en genoten we 3,5 u lang van de ongerepte natuur (nu ja, bijna) van bergen, regenwoud en kleine dorpjes met bamboe hutjes op palen. Soms had je de indruk om weldra het bordje “Einde beschaving” tegen te komen maar toen de avond viel zagen we in de verte de lichtjes van Luang Namtha  en wisten we dat er ook een hutje op ons stond te wachten.  Maar eens afgezet in het centrum aan de Night Bazar (een ongevaarlijke) was er maar geen taxi of tuktuk te bespeuren, dan maar eerst op jacht naar iets eetbaars.  Het werd een platte kip aan het spit.  Uiteindelijk kwamen we de eigenares van ons geboekt logement (Namtha Riverside Guesthouse) met minibusje tegen , die op zoek was naar ons, gelukkig !
Leuk Bamboehuisje met alle comfort , gelegen aan de Nam Tha rivier, hoe kan het ook anders.  Zelfs in het donker zag het er mooi uit en we vielen na deze spannende dag, 300km van ons vertrekpunt vandaan als een blok in slaap.

CHIANG RAI en de Gouden Driehoek (11-14 Okt 13)

Na het klassieke ochtendzwemmerke met pick-up naar busstation en ticketjes gekocht voor busreis naar Chiang Rai.  De eerst bus met plaats was pas om 1330hr, dan maar op bankje een beetje zitten lezen.  Het busritje verliep vlot met een mooie grote aircobus en 3 uurtjes later waren we ter plaatse.
Leuk mooi logementje (Lek House).  Vlakbij hotel stond bord met de vermelding Chiang Rai Beach, wat onze nieuwsgierigheid gewekt had, een strand op honderden kilometers van de kust??
Volgende dag fietsen gehuurd en op zoek naar de Beach….













Gevonden, was klein strandje aan de rivier (waarin zwemmen door de sterke stroming spijtig genoeg niet mogelijk was) en allerlei gezellige eetplaatsjes op bamboeplatformpjes.


Lekker dagje gechillt met een Chang Beer en van de prachtige omgeving genoten.  Aangezien we toch fietsen hadden hebben we ook nog aantal Wats bezocht in de stad.
Wat is een Wat?
Dit is een Wat

Onderweg zijn we nog op leuk marktje gebotst, wat eerder op een voedingsbeurs leek. Zoveel lekkere hapjes bij elkaar, we hebben ons eens goed laten gaan!

De dag nadien hebben we een uitstap geboekt en bij gebrek aan andere mensen stond er een dikke terreinwagen met privechauffeur/gids ons op te wachten aan het hotel.  Onze eerste stop was de “Witte Tempel”.  Daar zijn ze nu al 18 jaar aan het bouwen en volgens de gids duurt het nog 80 jaar voor het volledige tempelcomplex klaar is.



Het deed ons een beetje denken aan de “Sagrada Famillia” kathedraal in Barcelona en de architect/kunstenaar is ook een beetje de plaatselijke Gaudi en heeft zijn eigen, heel mooie stijl.



Van de Witte Tempel ging het naar het “Zwarte Huis” van een andere succesrijke kunstenaar, het leek wel een beetje op Bokrijk, heel bizarre gebouwen versierd met dierenhuiden met stoelen gemaakt van buffelhorens.



Deze kunstenaar, Thawan Duchanee, bleek wereldwijde bekendheid te genieten, misschien wel de Thai versie van Dali?


Onze SUV bracht ons verder naar de Monkey Cave ( een grot met de nodige opdringerige Makaken en in een grot een iets minder opdringerige Boedha, niet echt bijzonder maar het zat in het programma…


Nog tijdens de voormiddag bezochten we een bergstammendorpje, dit waren eerder kleine nederzettingen van bergstammen zoals Akha, Hmon en Longneck samengeperst in een kunstmatig rurale omgeving. Voor dit Thaise Bokrijk (alweer) mochten we dan ook nog eens 300 Baht neertellen, maar het geld kwam deze arme minderheden tegoed, hopen we…




Lokale longneck-vrouwen in het dorp

In Chiang Sean bezochten we, na een Chinees buffetje als middagmaal,  de nog niet zolang geopende grenspost met Myanmar. Dit is de meest noordelijke plaats van Thailand.


Iets verder ligt dan uiteindelijk  "The Golden Triangle" (drielandenpunt Laos/Thailand/Myanmar ) en boven op een heuvel hadden we voor het eerst een prachtig uitzicht op de machtige Mekong, de rivier die we later op onze reis nog een paar keer zullen tegenkomen…


Na de nodige kiekjes genomen te hebben ook nog een bezoekje gebracht aan het Opium museum waarin de geschiedenis en het gebruik van Opium werd uitgelegd.


De “Golden Triangle" was jarenlang een draaischijf van de opiumhandel en kende zijn hoogtepunt in de periode van de Vietnamoorlog. Ondertussen zijn de opiumboeren braaf overgeschakeld op rijst of andere gewassen, dit dankzij de Staat die de arme boeren een handje hielp om over te schakelen op het telen van “brave” gewassen. Er is dus niks meer te koop, ook niet in de plaatselijke "drugstore".

’s Avonds nog langs de Sunday Market in Chiang Rai (joepi) en nog even snel een foto van de "Clock Tower", kitsch of kunst? Wie zou daar nu de architect van zijn? (Antwoorden op deze prijsvraag kan tot 01 Nov 13).


Op onze laatste dag hebben we dan een scooter gehuurd om de streek eens wat verder te kunnen verkennen op eigen tempo.  Het was ook de eerste keer om zelf met een gemotoriseerd voertuig links te rijden, een goede oefening voor Australië…

Lijkt wel op mijn VN 2000...toch de kleur

Het was heel leuk (zeker als we uit de stad waren) en we reden langs kleine dorpjes , watervalletjes en een hotspring (die nog niet open was, maar je kon er de zwaveldampen wel ruiken en zien , temp 87 Gr).


Over zandweggetjes reden we verder de bergen in, om uiteindelijk aan het keerpunt van onze trip te komen, een houten hangbrug over de rivier. Pascal met brommer erover, en Els met het fototoestel in de aanslag klaar om het avontuur te filmen.  Maar na het halve traject was het geheugenkaartje vol.  Dus eventjes een aantal foto’s wissen en terug naar af. “Take Two” was wel gelukt. Wat een motard niet allemaal riskeert om een filmpje op deze blog te zetten, maar het was wel kicken! (maar het zal nog even duren om het te bekijken wegens technische redenen :-( )


 ’ s Avonds hebben we ons dan nog getrakteerd op een Thaise Pizzahut, de Nightbazar (joepi voor Els, voor mij was het na drie dagen markt tijd voor de jungle) en een heerlijke relaxatiemassage.  Herboren de nacht in!
Onze portie markten hebben we wel weer gehad! (Ik hoop het, dixit Pascal)