dinsdag 29 juli 2014

SPITZKOPPE/KAMANJAB (21 JUL 14)

We breken weer ons tentje op voor dag en dauw en na het ontbijt zijn we weer op pad.   Na een uurtje hobbelen stoppen we voor een bezoek aan een kraampje van de stam de Himba’s.  Deze vrouwen hun haar is gevlochten en heeft een okerkleurige kleur door oa klei en dierenvet. 

Himba vrouw

Shoppen ! 

Na een aantal snuisterijtjes gekocht te hebben en de nodige fotokes, houden we nog een stop bij een andere stam de Herero’s.  Deze hebben hele mooie lange kleren aan en hebben een grappig hoofddeksel.  

Herero vrouwen

Na het nodig afbieden zijn we weer een aantal souvenierkes rijker.  Daarna gaat het verder naar ons kamp voor de nacht, maar eerst wordt er nog gestopt aan het Cheetah Conservation Fund te Otjiwarongo.  Daar zitten 5 tamme Cheetahs al vele jaren in gevangenschap.  De Cheetah is een beschermd dier, maar de boeren schieten deze prachtige dieren hier gewoon af of vergiftigen ze omdat ze een bedreiging vormen voor hun vee.  We wandelen tussen deze prachtige beesten, kunnen ze aaien en een geeft Pascal zijn benen een likbeurt. 




Na onze tent opgezet te hebben, rijden we in een open aanhangwagen door een afgemaakt stuk waar een aantal ‘’wilde Cheetahs’’ zitten die nooit geleerd hebben van te jagen.  




Daarna zien we ook nog een aantal welpjes die heel schattig zijn, maar we sluiten deze dag toch een beetje af met gemengde gevoelens, zulke prachtige dieren in gevangenschap het is toch iets wat niet helemaal past. 


SWAKOPMUND/SPITZKOPPE (20 JUL 14)

Deze morgen staat er voor de degene die willen nog een Skydive op het programma, maar door de hardnekkige mist wordt deze uiteindelijk afgelast.  We houden ons dan maar een beetje bezig met de blog bij te werken.  Uiteindelijk na de lunch vertrekken we terug met onze truck naar Spitzkoppe (ook wel de Matterhorn van Namibië genoemd).
Plots horen we een harde knal en blijken we een klapband te hebben.  De chauffeur Steve samen met kok John en onze gids Colin veranderen probleemloos het wiel een 45 minuutjes later zijn we terug op pad.   We komen nog net voor zonsondergang aan op onze campsite en genietend van het mooie landschap doen we in het gezelschap van een gids een wandeling naar 2000 jaar oude muurschilderingen van de bosjesmannen.

Spitzkoppe






Daarna is het tijd voor het avondeten, een doucheke onder een prachtige sterrenhemel en zitten we nog een tijdje rond het kampvuur alvorens in onze tent te kruipen.   


SESRIEM – SWAKOPMUND (18 JUL – 20 JUL 14)

Vandaag staat er terug een rit van zo’n 6 uur op het programma, maar we maken wel de nodige stops onderweg. De eerste maken we in Solitaire, de kleinste stad van Namibië. Het is echt piepklein maar je kan er wel alles krijgen, benzine, geld uit de muur en er is ook een bakkerij waar ze de lekkerste appeltaart (met crumble) verkopen van de weidse omgeving. Dat lijkt me ook niet zo moeilijk als je weet dat we de laatste twee uur door niemandsland gereden zijn, maar goed, het smaakt wel super met een kopje verse koffie erbij.

Een locale bewoner van Sesriem

Een uurtje later staan we, in ons geval voor de vierde keer tijdens onze reis, weer eens aan de “Tropic of Capricorn” oftewel, de Steenbokskeerkring, een ideale fotopauze en ook handig om de benen eens te strekken. 



We stoppen nadien nog twee keer, eentje om de typische Quever bomen te fotograferen en eentje op een uitkijkpunt over een maanachtig landschap, heel bizar.

Onze truck

Onderweg

Quever boom

Vleermuiswoestijnvosjes

Uiteindelijk krijgen we zee in zicht, we naderen Swakopmund en rijden langs Walvisbaai, waarschijnlijk waren hier in lang vervlogen tijden walvissen te spotten, maar vandaag de dag zijn ze niet meer te bespeuren.
Bij “Desert  Explorers” krijgen we een DVD te zien met extreme outdoor activiteiten die je bij hun kan boeken, gaande van sandboarden, quad-bike, skydive tot vissen of dolfijnen spotten. We boeken een 3 uur durende quad-bike explorer trip door de woestijn, hoofdzakelijk om een aantal woestijnbewoners te leren kennen. Daarna rijden we door naar onze backpackers, we slapen de volgende twee nachten dus in een echt bed! De namiddag gebruiken we om onze vuile was te doen en we gaan ook nog eens naar de kapper. ’s Avonds eten we in een lokaal restaurantje een typisch Duitse maaltijd Jägerschnitzel en Goulashsuppe. De Duitse invloed van de oud-kolonie is na bijna honderd jaar nog steeds prominent aanwezig. Het is raar  om in dit stukje Duitsland in Afrika rond te wandelen.
De volgende ochtend, na een prima nachtrust, worden we om 08u30 afgehaald voor onze Quad-bike explorer trip. Iedereen krijgt een helm aangemeten en we stappen op onze Quads. Els krijgt een blauwe met automatische versnelling, Pascal kiest als ervaren motard voor een rode met versnellingen. Het duurt niet lang of we rijden ons vast in het mulle woestijnzand maar oefening baart kunst, en tegen het einde van de trip lukt het al aardig. 




We stoppen een  aantal keren als de gids weer één of ander woestijndier heeft gespot. Zo zien we een hagedis, een gekko en ook een hele mooie kameleon. De witte dansende spin die de gids uit het zand opgroef was waarschijnlijk de giftigste van allen.

Hagedis

Dansende spin

Kameleon


Nooit gedacht zoveel leven te vinden in een op het eerste gezicht dode woestijn.
In de namiddag verkennen we de stad een beetje met zijn vele gezellige winkeltjes en ’s avonds gaan we met een aantal gezellig iets eten en daarna amuseren we ons op lokale Namibiaanse muziek in een lokaal barretje.


zondag 20 juli 2014

FISH RIVER CANYON – SESRIEM (16-17 Jul 14)

Vandaag is het ook weer kilometers vreten geblazen. Het landschap is dan ook zo desolaat, dat als je je ogen eventjes sluit onderweg, je eigenlijk niet zo veel gemist hebt. Af en toe zien we wel een struisvogel, een bergzebra of een oryx voorbijlopen. Deze laatste is een grotere antiloopsoort die zich perfect heeft aangepast aan het leven in de woestijn. Ook de bergzebra is een nieuwe diersoort die we kunnen toevoegen aan als lijstje van “gezien”.

Bergzebra's

Onyx


Onze middaglunch nemen we onder een boom waar een kolonie wevervogels in wonen. Deze mooie vogeltjes maken een enorm groot nest van takjes en grassprietjes en weven dit alles tot één groot nest waar ze elk hun eigen ingang toe hebben.

Kolonie Wevers


De namiddag gebruiken we nog om verder te rijden naar Sesriem waar we rond 16u00 aankomen en er net buiten het Nationale Park van Sossusvlei kamperen. We blijven hier twee nachten staan, wat een luxe, we hoeven het tentje eens niet af te breken in alle vroegte zoals we tot nu toe hebben gedaan.

Struisvogels in de Namibische woestijn
Maar dit wil niet zeggen dat we uitslapen. We zijn dan ook al om 07u30 de volgende morgen op pad om de rode duinen van de Sossusvlei eens van naderbij te bekijken. Het is nog frisjes als we aan de beklimming van “Dune 45” beginnen. 





Deze duin steekt zo’n 170m boven de parking uit en al snel krijgen we het warm als we bij elke stap die we zetten een stukje terug naar beneden schuiven, het lijkt wel de Processie van Echternach. Maar onze inspanning wordt weer ruimschoots beloond door het uitzicht dat we hebben op de top. 


Naar beneden gaat het dan ook heel wat vlotter. We zetten onze weg verder naar de Sossusvlei waar onze vrachtwagen niet meer verder kan door het mulle zand. We stappen dan ook in kleinere terreinwagens die ons 5 km verder droppen in de vlei, vallei dus. Vanaf dit punt gaat het alleen te voet verder met een gids tot in de “Death Valley”. Deze dodenvallei is waarschijnlijk de meest gefotografeerde plaats in Namibië. De combinatie van staalblauwe lucht, rode duinen met een witte vallei en zwarte bomen levert natuurlijk de nodige kiekjes op.

Deadvlei



Door deze vallei liep ooit een rivier, maar door de oprukkende duinen werd de toevoer van water afgesneden. De 900 jaar oude, bijna versteende acaciabomen zijn de stille getuigen van wat ooit een groene oase is geweest. De zon staat op haar hoogste punt als we de terugtocht aanvatten. Toch wel raar zo’n woestijn, ’s nachts bibber je bijna uit je tent en overdag loop je je kapot te zweten.

Voor de terreinwagen


We maken nog een laatste stop bij de Sesriem Canyon voor we terug naar ons kamp rijden. In deze kloof kun je afdalen en na een korte wandeling ontdekken we zelfs een paar plasjes water in deze kurkdroge omgeving. 


Sesriem Canyon

Het is bijna 15u00 als we gedaan hebben met lunchen en een uurtje later helpen we de kok al terug bij het klaarmaken van het avondmaal. We beginnen met een “Butternut “ soepje, lijkt wel een beetje op pompoensoep en de worteltjes en aardappelen smaken lekker bij een stukje mals onyx-antiloop. Zo gaat dat in Afrika, gisteren voor de eerst keer gespot, vandaag geproefd op het bord.